Ze worden bedolven onder de laaiend enthousiaste recensies, en terecht, want het debuut van het Australische duo Kyü is een innovatief meesterwerk.
Kyü bestaat uit Alyx Dennison en Freya Berkhout, twee jonge meisjes uit Sydney, ze werken nog maar een jaar samen maar waren daarvoor ook al individueel actief in de muziekscene.
De reden waarom iedereen zo positief is is niet ver te zoeken. Soor zeer krachtige pop te mengen met tribal creëren ze een unieke sound die ergens tussen Björk en Coco Rosie inhangt. Al worden ze dankzij hun absoluut prachtige vocals toch vooral met Björk vergeleken.
Het is duidelijk dat deze juffrouwen uitzonderlijk getalenteerd zijn. Buiten hun magnifieke stemmen steken de nummers op hun gelijknamige debuutalbum zeer goed in elkaar, vooral de tribal drums maken het plaatje af.
En er zitten ook wat rariteiten bij, zo hoort u in Sim een soort doedelzakconcert (Ik ben Mac Samson en ik ben Mac Gert!). En de intro en outro (Foreword en Stop) zijn ambient nummers die er even goed niet hadden kunnen staan maar in feite niet storen.
Luister vooral naar de single Pixiphony en naar Sistar en Koi, naar mijn mening het trio dat van deze plaat een top-debuut maakt. Al is Sunny In Splodges ook een ferm nummer.
Kyü werd al meerdere keren omschreven als "the next big thing". Awel, ik zen ne keer benieuwd se. Om het met de woorden van een gemarginaliseerd individu (waar u zelf een naam mag op plakken) te zeggen.
Ik heb er vaak over geschreven, maar het Franse electro-collectief Valerie blijft onmetelijk interessant. Zeker als haar op één na meest vooraanstaande lid een nieuw album uit zijn mouw schudt. Ik heb het over Monseigneur Anoraak, ook wel gewoon Anoraak genoemd.
Deze opmerkelijke heer staat samen met College aan het hoofd van de huidige Franse electrobeweging uit Nantes. Hij bracht al eerder een ongelofelijk goed mini-album/ep genaamd Nightdrive With You uit. Op deze bevond zich de gelijknamige topsingle die erg vaak geremixt werd door de hipste dj's out there. De remix van Fear Of Tigers is trouwens zonder twijfel een van de beste remixen ooit gemaakt.
Hoe dan ook, zijn eerste langspeler, Wherever The Sun Sets kwam deze maand uit, en ik kan u verzekeren dat u absoluut krijgt wat u verwacht. Dit is een puur Anoraak album, en ik ben er verzot op. Anoraak's stijl is gebaseerd op 80's elektronische discomuziek. Vooral synths zijn erg belangrijk, ik zou zelfs durven spreken van de typische Anoraak-synth. Luister naar het album en u weet wat ik bedoel. Daarenboven zingt hij met een aangename stem die erg relax klinkt maar tegelijk heel groovy is. Het is trouwens niet omdat het de Franse electrobeweging is dat de artiesten in het Frans zouden zingen, Engels blijft de voertaal, en bij Anoraak leidt dat gelukkig niet tot een lelijk accent zoals bij Minitel Rose.
Voor zijn album riep hij voor twee nummers de hulp in van vrouwelijke (het blijft een Fransman) gastartiesten. Bij Don't Be Afraid is dat Sally Saphiro van de gelijknamige Zweedse band. Haar stem klinkt al even zoet als die van de protagonist wat leidt tot een uitzonderlijk mooie track. Op Dolphins And Highways zingt onze geblindeerde held (zonder zonnebril komt hij het huis niet uit) een prachtig duet met de Schotse folkzangeres Siobhan Wilson, die blijkbaar nogal vaak in Frankrijk resideert.
Verder is er ook een instrumentaal nummer, Midnight Sunset, maak daar maar magistraal van, want het was liefde op het eerste gezicht.
Een slecht nummer ontbreekt uiteraard op deze electroparel, meer zelfs ik vind alle nummers vrij schitterend. Maar Try Me heeft nog steeds een stapje voor op de rest.
Laat die remixen nu maar komen. Het zullen er ongetwijfeld veel zijn. Anoraak is trouwens ook zelf een uitstekend remixer.
Maar voor u aan het album begint wil ik u waarschuwen, het kan zijn dat u meerdere luisterbeurten nodig hebt. Ik had er alleszins drie nodig om volledig betoverd te worden door deze Franse magie.
Tracklist:
1. Above Your Head (3:41) 2. Try Me (3:21) 3. Can%27t Stop (3:52) 4. Don%27t Be Afraid (Feat. Sally Shapiro) (3:47) 5. Crazy Eyes (3:47) 6. Long Hot Summer Night (3:19) 7. You Taste Like Cherry (3:55) 8. Dolphins and Highways (Feat. Siobhan Wilson) (3:20) 9. Cloud Rain Love (3:35) 10. Midnight Sunset (5:50) 11. Here You Go (3:05)
Gratis én legale downoad: Above Your Head via www.Anoraakmusic.com (This download is free and legal).
Ik weet niet zo veel over White Noise Sound, iets wat wel vaker voorkomt als je je interesseert voor allerlei obscure bandjes. Maar ik zou u toch even hun uw gegeerde aandacht op hun absoluut fantastische gelijknamige debuutalbum willen vestigen.
De band bestaat uit zes leden en vernoemd het Welshe Swansea als hun thuisbasis. Met zes leden ben je in staat om erg veel kabaal te maken, en dat doet White Noise Sound dan ook met verve.
Ik waarschuw u op voorhand, u bent best fan van het stevigere rock en gitaarwerk voor u zich aan deze band waagt. Het eerste nummer, Sunset begint al goed door u en de boom waaraan u zich wanhopig vastgrijpt omver te blazen. Ook in Blood zit er een prachtige psychedelische "Wall Of Sound". Maar niet alle nummers zijn zo staalhard.
Zanger Dan Henley heeft een lage stem die mooi samengaat met deze robuuste rockmuziek. De gitaren eisen nochtans meestal de hoofdrol op. Het voelt dan ook niet zelden als een shoegaze-album aan.
Maar helemaal shoegaze zijn ze niet, noem het eerder experimentele rock van het stevige soort, zonder te veranderen in een progressive of hard/metal rockband. Zo ontbreekt in Fires In The Still Sea zelfs enig teken van de gitaren, en lijkt het wel ambient electro te zijn. Ook de Reprise van Blood beantwoordt aan deze omschrijving.
Toch is dit vooral een prachtalbum voor liefhebbers van echt zeer alternatieve rock. U hoort allerlei invloeden uit shoegaze, garage rock, psychedelic rock en zelfs surf rock. En ik krijg stilaan de indruk dat ik nogal vaak het woord "rock" gebruik. Dit album is dan ook gewoon Rock 'n Roll baby, en daar houden wij van, right?
De coole cover art doet me trouwens denken aan de legendarische clip van The White Stripes' Seven Nation Army. Maar dat geheel terzijde.
Tracklist:
01. Sunset 02. It Is There For You 03. Fires In The Still Sea 04. There Is No Tomorrow 05. Blood 06. Blood (Reprise) 07. No Place to Hide 08. Don’t Wait For Me 09. (In Both) Dreams And Ecstasies
Ze worden volop met Radiohead vergeleken, maar de sound van These Ghosts lijkt naar mijn mening op Mew of Stoffer Og Maskinen, een sound waar ik trouwens absoluut verslaafd aan ben.
Dit trio uit het verre oosten van het Verenigd Koninkrijk trakteren ons dan ook op een vrij geweldig debuutalbum, You Are Not Lost, You Are Here.
Eerder dit jaar kwam de single Luna al uit, en Jezus Christus wat een wereldsong is me dat. Het gitarenwerk, het zachte hoge gezang, je kan er alleen maar van gaan kwijlen.
Ook met hun andere songs bewijzen ze dat ze een uitstekende festivalband zijn. Maar zeker niet alle nummers zijn en al etherisch rockgeweld. Neem bijvoorbeeld A Fear Of Flying, waar de gitaren vervangen zijn door violen en cello's of The Way We Once Were waar de akoestische gitaren heersen. Ik moet u niet vertellen dat ook deze rustige nummers bloedstollend mooi zijn. Als zijn er naar mijn smaak net iets te veel kalme tracks.
Bovendien is er nog meer variatie voorzien. In Breathe In/Out krijgzn de bass en de drums de hoofrol toebedeeld om de laatste dertig seconden nog even wondermooi los te barsten. Dat finale epische element komt dan weer constant terug in This Is. Ze zingen het in feite zelf, en ze hebben gelijk: " This is beautiful".
Van mij mochten ze wel nog iets meer werken met overweldigende elektrische gitaren, om een soort shoegaze-effect te creëren, maar dat is natuurlijk een kwestie van smaak. En ze moeten nu ook niet meteen een tweede Mew worden.
These Ghosts hebben alles in zich om het komende jaar door te breken bij een iets breder publiek. Maar het publiek is een onbetrouwbare factor, donc on verra.
Tracklist:
01. What Seems Like Forever [04:18] 02. Cocoon [05:08] 03. A Fear of Flying [04:40] 04. Rational Thinking [04:03] 05. Breathe In/Out [04:05] 06. This Is [05:12] 07. The Way That We Once Were [02:54] 08. Luna [03:50] 09. Control [03:38] 10. Human Error [04:38] 11. The Escape [05:40]
De jongens van Fenech-Soler zijn al een tijdje erg goed bezig in de wereld van de electro-pop. Met de single Lies en de songs Stop & Stare, Golden Sun en LA Love boekten ze alvast een groot succes in de blogosfeer, toch een medium met een groeiende macht. Maar uitstekende voorsmaakjes maken nog geen goed album, gelukkig bewijzen de jonge Britten met hun eponieme debuutplaat dat zij wel degelijk onze interesse waard zijn.
De band hoort qua stijl duidelijk thuis in de hippe clubs van London of New York, toch zijn ze afkomstig van het rurale Engelse platteland. Desondanks concurreren ze zonder problemen met de natuurlijke stadsbeesten, zoals Ali Love, We Have Band, Hurts of Yeasayer.
Het viertal, ook wel Ross Duffy, Ben Duffy, Daniel Soler en Andrew Lindsay genoemd is ondertussen al vier jaar bezig, maar hun echte doorbraak in de indie-scene volgde pas in het begin van het huidige jaar des Heren. Ondertussen werkten ze al samen met Groove Armada, Marina and The Diamonds (Hollywood Remix) en recent nog met Everything Everything.
Hun stijl loopt gedeeltelijk gelijk met de huidige electro-pop en vertoont een zekere gelijkenis met Où Est Le Swimmingpool. De invloed van de Franse electro-pop à la Anoraak en Outrunners is ook duidelijk hoorbaar, maar ze lijken wel een verdere stap in de evolutie. Hun tracks zijn allemaal enorm catchy zonder in commerciële troep te veranderen. Bovendien ligt het tempo erg hoog waardoor deze band zeker in staat is om een club of zelfs een festivalweide in vuur en vlam te zetten.
De band laat met plezier de synths rijkelijk vloeien, maar er wordt tevens stevig en zelfs goed gezongen. Ik ben zeer benieuwd of ze live ook de moeite zullen zijn.
Op de nummers zelf heb ik bijna geen commentaar. Ze zijn allen werkelijk zeer goed geproducet en zeker niet over the top zoals in het geval van HURTS' Happiness.
LA Love maakt nog steeds het meeste indruk op me, de synths en zang zijn hier ongelofelijk strak, wat mij nog meer feestkriebels bezorgt. Ook al is "feestkriebels" een bijzonder belachelijk woord.
Stone Bridge is wat trager als de rest maar zeker niet minder geslaagd, ze is zelfs uitstekend crescendo opgebouwd. Enkel afsluiter Walk Alone slaat wat tegen, maar de plaat blijft zonder problemen overeind.
Tenslotte is Fenech-Soler's debuut een verslavend hippe plaat. Gelukkig is het niet zo een verslaving die je kansen om ouder dan zestig te worden -wat ik overigens toch wel van plan ben- ernstig verkleint.
Deze band gaat het nog ver schoppen, dat verdient ze alleszins.
Tracklist:
1 Battlefields 2 Lies 3 Golden Sun 4 Stop And Stare 5 The Great Unknown 6 Demons 7 LA Love 8 Stone Bridge 9 Contender 10 Walk Alone
U mag één keer raden waar Restless People vandaan komt. Natuurlijk is het antwoord Brooklyn...ik word er niet goed van. Als ik nu nog één band uit Brooklyn leer kennen dan,...dan bemachtig ik waarschijnlijk gewoon hun werk, want Brooklyn levert kwaliteit.
Restless People is een kwartet dat bestaat uit het Tanlines duo Eric Emm en Tony Blankets en de heren van Professor Murder (Michael Bell-Smith, Jesse Cohen en ook weer Tony). Het resultaat is dan ook duidelijk iets wat tussen de twee oorspronkelijke bands in ligt.
De vocals komen wellicht van Professor Murder. Ik heb Tanlines vorig jaar als voorprogramma van We Have Band in de Botanique zien optreden en ik kan u verzekeren dat hun zangtalent niet echt hoogstaand is. Maar instrumentaal zijn ze natuurlijk wel toppers vandaar zijn zij het vooral die de synths en riffs mogen leveren.
Terwijl Professor Murder eerder een afropop-punk achtige band à la Vampire Weekend is, beschouw ik Tanlines eerder als een soort tropische dance-chill wave formatie. Dit alles leidt tot een opgewekt en zeer levendig (ze heten niet voor niets "Restless people") geheel.
Hun single Days Of Our Lives vind ik meteen al het sterkste wat de groep te bieden heeft. Al zijn er veel kwatongen die beweren dat het een rip-off zou zijn van Underworld's Two Months Off, dit lied dateert echter al van 2002 en is vrij minderwaardig aan Days Of Our Lives.
Ook de rest van het album bevat veel tropische en experimentele popsongs. Soms lijkt het wel Vampire Weekend op vakantie. Niemand heeft trouwens echt een idee hoe men hun stijl juist moet noemen, het is duidelijk een samenraapsel van allerlei invloeden. Hun eigen vergelijking met Phil Collins en Nelly Furtado mag u gerust met een korrel zout nemen. Maak daar maar een rots zout van.
Tenslotte zou ik de heren willen feliciteren met het afschuwelijke cover-art die sterk doet denken aan de smakeloze jaren 90. Gelukkig maakt de muziek u terug vrolijk in een vingerknip.
"Feel Good"-muziek waar u niet van moet overgeven, het blijft iets bizar.
Tracklist:
1 Days Of Our Lives 2 Constant Panic 3 Don't Back Down 4 Little Sky 5 Basic Needs 6 Practical Magic I 7 Practical Magic II 8 Victimless Crime
U had het waarschijnlijk niet verwacht maar in het lage polderstreek ten noorden van ons machtige koninkrijk verschuilt zich een waar folktalent. In de stedelijke agglomeratie die zichzelf graag de hoofdstad van het desbetreffende polderland noemt beweegt zich een zeker individu voort, klaar om de grenzen van zijn bekendheid te doorbreken. Zijn artiestennaam blijkt Kashmere Hakim te zijn en ik durf te wedden dat dit ook op zijn identiteitskaart staat. Hij noemt zichzelf ook wel eens "The Hillsinger", een iets meer folky-naam me dunkt. Van origine is de heer Hakim -want ik neem aan dat dit zijn familienaam is- echter geen polderwezen. Een Nederlandse Marokkaan die folk maakt zien en horen we niet elke dag, weer een goede reden om zijn werk eens te beluisteren.
Hoe dan ook, Kashmere Hakim laat zijn fragiele songs inspireren door folk van de jaren 60 en 70. Het zou me dan ook niet verbazen indien hij Roy Harper tot zijn idolen rekent. Hij is bovendien, zoals dat hoort, ook een songwriter.
Hakim bracht dit jaar zijn debuut-EP uit, The Hillsinger genaamd. Deze bevat zes akoestische en warme tracks. Ik heb folk nooit echt makkelijke muziek gevonden en ook nu had ik een paar luisterbeurten nodig om de schoonheid van de eenvoud te ontdekken. Hij maakt dan ook pure en eerlijke muziek, wat voor een door en door slechte mens als ikzelf in feite niet gemakkelijk te appreciëren valt. Maar dat valt blijkbaar zeer goed mee.
Mijn favoriete song is Grandparents House, misschien omdat zijn gitaar hier versterkt wordt door een prachtige cello op de achtergrond. Voorts biedt deze sympathieke Hollander (en hier is geografisch gezien de term 'Hollander' juist gebruikt) u een gratis download aan van Foreign Worker via Soundcloud.
Op naar dat album zou ik zeggen.
Tracklist:
- 01 - Free People - 02 - Angels - 03 - John Henry - 04 - Eastern shore - 05 - Foreign worker - 06 - Grandparent's house
Aus bei MIT nach zeit von zu, liefhebbers van de Duitse taal zijn we allemaal. Of niet? Hoe dan ook, als u Duits veracht kan u beter nu al beter ophouden met lezen want dit bericht gaat over de Duitse electro-revelatie MIT uit Keulen. Toch hebben deze heren hun succes niet aan Duitsland te danken maar aan het Verenigd Koninkrijk. Maar laat me u even de ontstaans-saga van de groep vertellen.
MIT probeerde in den beginne met demo's en optredens door te breken, maar helaas zonder enig succes. Zij hadden al snel door dat ze voor hun doorbraak hulp nodig hadden. Die vonden ze verrassend genoeg in hare koninklijke bizarheid Peaches. Tijdens een optreden van haar in Keulen gaven de heren met de moed der wanhoop een tape aan haar manager. Deze was na een luisterbeurt meteen dolenthousiast waarna hij Peaches zelf hun werk liet horen. Ook zij was direct verkocht en vroeg de band spontaan om voor haar te openen.
Na dit concert kreeg de band opvallend veel aandacht uit de Engelse club scene. Het duurde dan ook niet lang voordat MIT in elke belangrijke club van London had gespeeld. Tussen hun studies door welteverstaan. Na hun succes in Engeland volgde de roem in Duitsland, waar ze tot electro-revelatie werden gebombardeerd.
In de aanloop van hun tweede lichtelijk fantastische album Nanonotes maakte de band kennis met Emil Schult, die banden met Kraftwerk had. Hij werd als snel een goede vriend en adviseur van de band en hij heeft dan ook een grote invloed op het album gehad. Natuurlijk heeft Kraftwerk zelf ook een duidelijke invloed op hun werk, luister alleen al naar de intro van Pudong of Hydra. Maar toch heeft MIT een geheel eigen sound. Soms doen ze zelfs wat electro-pop aan, terwijl ze dat toch niet helemaal zijn. Hun muziek is wel vrij industrieel maar er zitten vaak veel zwierige synths in verwerkt.
Ik verwachte trouwens stiekem nog een Kraftwerk-album in 2010, het ziet er echter naar uit dat de roddels daaromtrent op niets gebaseerd waren. Dan neem ik maar genoegen met MIT, ze zijn geen Kraftwerk natuurlijk, maar ze maken wel fantastische electro. De producer zit daar misschien voor iets tussen. Ze hebben niemand minder dan Jas Shaw, de ene helft van Simian Mobile Disco kunnen strikken om alle nummers te producen. Indrukwekkend voor een klein groepje als MIT. Nanonotes lijkt trouwens best een kruising van Kraftwerk en Simian Mobile Disco te zijn. Toevallig twee van mijn favoriete groepen.
Tamer Özgönenc (midden) zorgde voor de eerste muzikale ideeën Edi Winarni (de zanger) voegde daar (met de hulp van Schult) zijn lyrics aan toe, dat alles werd meesterlijk met beats bewerkt door het derde lid Felix Römer. Het resultaat is een buitengewoon goed afgewerkt album. Deze band is helemaal klaar om het te maken. Ik ben alleszins al verkocht. De video voor Pudong vind ik trouwens, ondanks zijn eenvoud, te goed om waar te zijn. Alles aan deze band staat mij aan, ik wil er gewoon erin!
Het is zonder twijfel de belangrijkste release van het jaar wat betreft klassieke muziek. De allereerste opname van Pärt's vierde symfonie is eindelijk beschikbaar via ECM Records. Hiervoor kon u immers enkel fragmenten van concerten op Youtube bewonderen. Het is dan ook slechts twee jaar geleden dat de symfonie in Los Angeles in Première ging. De reden waarom een van de meest invloedrijke Europese componisten zijn werk in Amerika opvoert en het zelfs de bijnaam "Los Angeles" geeft ligt voor de hand. Arvo Pärt schreef bijna 40 jaar na zijn overweldigende derde symfonie zijn huidige meesterwerk in opdracht van het Los Angeles Philharmonic (u hoort dan ook dit orkest op de opname).
Rond deze tijd vertoefde hij dus af en toe aan de andere kant van de Atlantische stroom. Maar toch is Pärt ongetwijfeld een grote culturele macht van het avondland. Bovendien is zijn levensverhaal door en door Europees. Nadat hij zijn vaderland Estland -dat onder het Sovjetregime gebukt ging- ontvluchtte in 1980 kwam hij in Wenen en West-Berlijn terecht. Sinds de val van het Russische communisme vertoeft hij af en toe weer in Estland. De derde symfonie die hij in Estland in 1973 schreef was een zware uithaling naar het conservatieve regime, en ook in de vierde is er kritiek op Rusland te horen. Al is het communisme intussen verdwenen, we weten allemaal dat de huidige machthebbers ook hun duistere kantjes hebben. City Of Angels is opgedragen aan de Russische oliemagnaat Michail Chodorkovski, ooit de rijkste man van Rusland, maar hij zit sinds 2005 weg te rotten in Siberië nadat hij door Poetin beschuldigd werd van fraude. Zoals dat nu eenmaal gaat als Poetin vindt dat je in zijn weg staat.
Buiten de naam en de opdrachtgever/uitvoerder zie ik verder geen link met L.A., zeker niet inhoudelijk. Het werk is erg somber, vrij ingetogen en zelfs droevig. Maar dat neemt niet weg dat het bloedmooi is. Zoals de meeste composities van de laatste jaren (zeg maar decennia want Pärt is inmiddels 75 jaar)is het bovendien erg traag. De orkestratie bestaat uit harp, allerlei soorten strijkers (die duidelijk de hoofdrol opeisen) en een opmerkelijk hoog aantal percussie-instrumenten. De muziek lijkt soms, en vooral in het laatste deel (van de drie) niet te kloppen, of iets wat men in vaktermen "dissonant" noemt, dit komt door het feit dat de strijkers dan in een grote toonaard spelen en de rest in een kleine. Ik vermoed dat in de eerste twee delen alle instrumenten in klein spelen want dit heeft immers een somber effect. Blaasinstrumenten ontbreken volledig, wat bijdraagt aan de somberheid, zeker na het grootse koperblazersgeweld in de derde symfonie.
Buiten de vierde symfonie bevat de Cd trouwens ook een track genaamd "Fragments from Kanon Pokajanen". U moet weten dat Arvo Pärt erg beroemd is om zijn sacrale werk voor koor. Hij maakt dan ook deel uit van de zogenaamde God Squad, een groep componisten uit de 20ste en 21ste E (waaronder ook de pool Henryk Górecki) die zich verzetten tegen de abstracte avant-gardistische muziek en die teruggrijpen naar de religieuze roots van de klassieke muziek. Hoe dan ook, Kanon Pokajanen is een compositie voor koor uit 1997. De tekst is een Orthodoxe hymne genaamd "Kanon voor boetedoening voor onze heer Jezus Christus" geschreven door Sint Andreas van Kreta. De hymne is oorspronkelijk Grieks maar in Kanon Pokajanen wordt ze op traditionele manier a capella in kerkelijk Slavisch gezongen door het Estonian Philharmonic Chambre Choir. Het fragment wat u te horen krijgt is slechts een klein deel van het gehele werk maar duurt desondanks vijftien minuten. Een ronduit adembenemend mooi kwartier zowaar. Ik heb zelden zo een mooi koorgezang gehoord. En opzoekwerk op Youtube leert me dat het beste deel niet eens op de CD staat!
Maar goed, u krijgt de kans om zelf wat klassieke muziekgeschiedenis mee te maken. Of dacht u dat het elke dag gebeurt dat een grote componist een nieuwe symfonie uitbrengt?
Tracklist:
1) Symphony No. 4 "Los Angeles": I Con sublimità II Affannoso III Deciso 2) Fragments from Kanon Pokajanen (1997)
Hieronder kan u een uitstekende youtube-opname zien van de Engelse première in de Royal Albert Hall (Londen) onder leiding van Esa Pekka Salonen, dezelfde dirigent als op de CD:
Zweden heeft weer iets lekkers uit haar muzikale oven getoverd. Niki and the Dove is de naam, een band die volgens haar eigen MySpace bestaat uit Disdishdance Cupid (zangeres Malin Dählstorm)en Psyche Berget
Hoe dan ook, Niki & The Dove wordt niet onterecht vergeleken met The Knife. Erik Hassle, ook wel de plaatselijke Robbie Williams genoemd, waagde zelfs te suggereren dat ze béter zijn dan The Knife, wat natuurlijk een volslagen idiote bewering is. The Knife is immers nog steeds de beste band aller tijden. Toch komt Niki en haar vogel in de buurt. Velen noemen het The Knife op het Eurovisiesongfestival. (Zie daar de reden waarom het zeker niet beter is dan The Knife)
Met haar song Dj Ease My Mind blaast ze u krachtig à la Florence And The Machine omver. Haar stem is een episch kanon en de zware beat maakt er een zalig opzwepend geheel van. Ook het bezwerende elektronische Under The Bridges is een prachtige art-popsong. Bovendien duurt deze maar liefst negen minuten waardoor ze u echt alle hoeken van de kamer laat zien. Winterheart is iets minder flitsend en meer ingetogen. Het doet me sterk denken aan Little Dragon. Buiten deze drie tracks is er nog niets beschikbaar, wat hoogstwaarschijnlijk betekent dat Niki & The Dove het najaar zal kleuren zoals Iamamiwhoami dat met het voorjaar heeft gedaan. Er is zelfs een duidelijke muzikale gelijkenis.
Drie woorden: jong Engels geweld. U denkt automatisch aan de achterlijke volbetatoeëerde Britse hooliganjeugd die zich al te graag collectief in een coma zuipt in de oerlelijke Spaanse toeristenoorden. Of dacht u meteen aan de geweldige nieuwe generatie indierockers die alreeds klaar staat om de oude muzikale elite te vervangen/vervoegen/vervolledigen?
Tot die nieuwe generatie mag u gerust Napoleon In Rags tellen. Dit jonge bandje, bestaande uit vier straffe gasten uit Swindon, laten nog maar pas van zich horen, maar ze verrasten me reeds erg aangenaam met hun twee demo's, Don't Let It Out en Dirty Hands. Niet voor niets stonden zij in het verleden al aan de zijde van hun eigen helden van Babyshambles en Bombay Bicycle Club. Voorlopig kan u de heren enkel bewonderen in Engeland (o.a. samen met Metronomy), maar als hun geluid zo verder evolueert zal het waarschijnlijk niet lang meer duren voordat ze stevig doorbreken.
Napoleon In Rags refereert trouwens naar een de lyrics van Like A Rolling Stone van de grote Bob Dylan. Wat Bob Dylan er juist mee bedoelde kan u hier lezen.
Tenslotte biedt het label van de band, Tenga Music (dat ook David Lyre onder zich heeft) u een gratis download van Don't Let It Go via Soundcloud aan.
Zei ik u eerder deze week dat het werk van Nieuw-Zeelandse bands zelden tot in Europa geraken? Nu is het toch wel weer zo ver zeker? Al is het iets helemaal anders deze keer.
The Naked And Famous is vandaag mijn edele luisterobject. Hun formidabele debuutalbum kreeg de naam "Passive Me, Agressive You" toebedeeld. In eigen land wordt deze band al op handen gedragen door de indie-scene, en kennen ze zelfs een commercieel succes (Young Blood stond op numero uno in de hitlijsten). Bovendien veroverden Alisa Xayalith, Thom Powers & Aaron Short met hun voorvernoemde de Silver Scroll Award 2010. Dit is blijkbaar de belangrijkste muzikale prijs die er in Nieuw Zeeland te rapen valt. Ga het nu alstublieft niet vergelijken met onze Music Industry Awards of laat staan de Radio 2 Zomerhit. Ik sprak u over een trio, maar oorspronkelijk was het een duo en vandaag telt de band alreeds vijf leden.
The Naked And Famous kan je niet zomaar tot een bepaald genre rekenen, we leven immers niet meer in de jaren 90. Ze gebruiken elementen ui synth pop, electro-pop/rock, rock, punk, baroque pop, shoegaze en andere genres, en hoewel hun muziek ook bij de main stream aanleunt kan ik ze zonder probleem nog lekker indie noemen. Bovendien krijg je met zoveel verschillende invloeden een erg gevarieerd album zonder echter incoherent te worden genoemd.
De band vliegt er graag stevig in, zeker bij de rockliederen (die in de meerderheid zijn), de vergelijking met Yeah Yeah Yeahs blijft dan ook niet achterwege. Zangeres Alisa Xayalith gebruikt nu eens haar stem op een kalme toon dan weer laat ze zich gaan à la Heads Will Roll, dit komt vooral zeer goed tot haar recht in Punching In A Dream. De veelgeprezen single Young Blood is uiteraard een van de sterkmakers van het debuut, maar lang niet de enige. En naast al dat gerock is er ook tijd voor intieme passages, zo begint No Way erg folkish maar tegen de helft ontploft de boel weer, waarna een briljante shoegaze-gitaren-regen op ons neerdaalt. Een geval apart is A Wolf In Geek's Clothing waar u overstelpt wordt door een erg zware en ondoorwaadbare elektronische chaos,... niet meteen mijn favoriete track. Eindigen doen ze echter wel sterk. Girls Like You is een steengoede electropopsong, voor een keer neemt niet Alisa maar Thom Powers de leading Vocals op zich.
Passive Me, Agressive You is waarschijnlijk het beste debuutalbum uit Oceanië dat we dit jaar zullen horen. En nu wachten tot de rest van de wereld het oppikt.
Tracklist:
1. "All of This" 3:55 2. "Punching In a Dream" 3:58 3. "Frayed" 3:46 4. "The Source" 0:48 5. "The Sun" 3:56 6. "Eyes" 4:43 7. "Young Blood" (album version) 4:06 8. "No Way" 5:29 9. "Spank" 4:10 10. "Jilted Lovers" 3:15 11. "A Wolf In Geek's Clothing" 3:14 12. "The Ends" 1:49 13. "Girls Like You" 6:04
Er zijn twee personen die mij echt tot de muziekfreak hebben omgetoverd die ik vandaag ben. De eerste is Jarri V., mijn confrater en vaak metgezel op de beste concerten. Bovendien is hij het brein achter het geweldigeDisco Naïvité. Daarnaast heb je Herr Kittler, eigenaar van de Duitse nationaliteit en een engelstalige blog, eden is neon.
Maar buiten bloggen doet Herr Kittler nog iets anders, iets veel beter zowaar. Hij schrijft niet alleen over muziek, hij maakt ook zelf muziek, dit onder de naam neo(n) eden (misschien ligt het aan de overvloed van hoofdletters in het Duits maar Herr Kittler houdt er helemaal niet van, zelfs op zijn blog vindt u er geen). Sinds begin 2008 werkt hij op zijn oude computer (inmiddels misschien vervangen) in zijn appartement aan zijn eigen project (eerst onder de naam epkhay). En zo kwam eind 2009 zijn eerste EP, pocket sea tevoorschijn. Iets later verscheen de geweldige single velvet skies, die hij zowaar aan mij opdroeg als verjaardagscadeau (uiteraard nog altijd een van de beste cadeaus ooit).
Hoe dan ook, onlangs kondigde neo(n) eden op eden is neon (volgt u nog?) aan dat hij een nieuwe EP met de naam "...on" zal uitbrengen. Deze bevat vijf (neutron, proton, electron, positron en photon) tracks, de meesten zijn remakes van zijn eerste werk uit 2008 onder de naam epkhay. Maar deze EP werd nooit (of nog niet) beschikbaar gemaakt. De reden iq mij vreemd, maar de beloofde bandcamp-pagina bleef alleszins uit.
Niet veel later, in feite nog geen week gelden, kwam neo(n) eden uit het niets met een nieuwe EP af, de bee EP. En hiervoor maakte hij gelukkig wél een bandcamp, waar de EP gratis kan downloaden, hoewel er enkel twee tracks beschikbaar zijn, en er normaal vier tracks werden aangekondigd...bizar!
Maar goed, neo(n) eden laat zich inspireren door verschillende genres zoals shoegaze, minimal, industrial electro, trance, chill wave en meer. Het resultaat is dan ook een soort van industriële, elektronische en zeer ambient(e) shoegaze. Ik kan het niet meteen plaatsen, maar gemakkelijke muziek is het alvast niet. U kan het misschien vergelijken met een langzame versie van Fuck Buttons. Het is heel erg repetitief en bijna volledig instrumentaal (u hoort soms wat muzikaal gefluister). Maar anders dan Fuck Buttons is het vrij dreigend en met tijden heel erg duister, luister maar eens naar Lowlands en u weet wat ik bedoel. Lowlands vind ik trouwens een ronduit indrukwekkend nummer. Het heeft iets weg van Witch House, met die kolossale synths. Met Velvet Skies is dit het beste wat ik tot nu toe van hem gehoord heb. Maar ook beehive is erg de moeite. Het is een zalige elektronische chaos waar u tevergeefs een patroon in probeert te ontdekken. En wanneer u juist denkt dat u een houvast heeft gevonden duwt het u terug de afgrond in. Neo(n) Eden maakt niet enkel wonderbaarlijke muziek, ik beschouw het evenzeer als kunst met een grote K. Misschien moet ik zijn werk dan ook maar bestempelen als art electro. U mag het van mij gerust gewoon "weirde shit" noemen, maar dan is het alvast weirde shit waar ik van houd!
Ik hoop in elk geval dat hij de rest van zijn werk ook spoedig beschikbaar maakt, u kan de pocket sea EP en Velvet skies trouwens gratis downloaden op Last.fm
Ik kan u amper iets vertellen over Twinsine (shame on me!). Zijn/haar last.fm is ronduit ondermaats (het is zelfs verkeerd gespeld) en telt slechts 41 luisteraars waarvan ik als enige naar La Crisis luister. Verder is er noch een MySpace-pagina, noch een website, noch een bandcamp-pagina, noch een youtube-film voorhanden, nichts rien, niente!
Er wordt bovendien niet geschreven over Twinsine, google kan mij enkel doorverwijzen naar amazon, itunes, junorecords en deezer, waar u het album La Crisis kan kopen. Ik kan u zelfs niet zeggen of het nu La Crisis of L.A. Crisis is.
Wat ik u echter wel kan meedelen: men denkt dat Twinside het alter ego is van een Franse Dj. Deze informatie is echter niet geconformeerd en het lijkt me zelfs ongeloofwaardig (zie onder waarom).
Maar La Crisis is dus -als ik Deezer e.d. mag geloven- het derde album van deze dj (na Redemption in 2009 en Ceteris Paribum van januari dit jaar).
Twinsine maakt een soort van post-punk-, IDM- en andere soorten electro, meestal volledig instrumentaal, maar bij tijden (zoals in Last Exit To Brooklyn) voorzien van vocals.
La Crisis begint met een dub-achtige Anthem die duidelijk thuishoort bij Intelligent Dance Music, alvast veelbelovend. Critical Opinions kiest dan weer radicaal voor een keihard Post-Punk geluid. Veel verfijning zit er helaas niet in dit nummer. Geef mij dan maar Hadès, een duivels stukje minimal maar ook ambient electro-house.
Dat Kraftwerk een grote invloed heeft op zeer veel hedendaagse electro-artiesten is welbekend, maar Twinside spant met I Really Want A Beat Like This toch wel de kroon. Het nummer is duidelijk geïnspireerd op de geniale melodie van Trans Europa Express en Metall Auf Metall. Een mooi eerbetoon, maar een emulatio is het niet geworden, wat had u gedacht! Ook Pandemonium is trouwens vrij 'Kraftwerkiaans'.
Titeltrack La Crise doet sterk denken aan Moderat en consoorten, met andere woorden: IDM om je vingers bij af te likken!
Last Exit to Brooklyn is met She's dangerous het enige nummer waarin u een menselijke vrouwenstem kan bewonderen, al doet het vocale toch iets robot-achtig aan. Het nummer is met haar zware ophitsende beat alvast een van de sterkste op het album. Ik kan er alvast niet letterlijk en figuurlijk onbewogen bij blijven.
Ook She's Dangerous is lang niet slecht. Wat meer house-y misschien, maar best te pruimen.
Zowel The New Order als Time Is Over worden dan weer gekenmerkt door een felheid à la Boys Noize, maar echt smerige electro is het niet en IDM al helemaal niet. Twinside is -mocht u het nog niet doorhebben- dan ook een meester in uiteenlopende stijlen.
Afsluiter Von Götteren Und Designeren doet me vermoeden dat Twinside geen Franse maar Duitse/Oostenrijkse/Zwitserse dj is. Op zijn andere albums staan immers ook tracks met een Duitse titel. Of is het gewoon een eerbetoon aan de Duitse electro (Kraftwerk, Boys Noize, Moderat,...)? Het klinkt nochtans eerder als iets in de richting van post-punk.
Wie weet zullen we het ooit weten. Één ding staat vast: Twinside heeft meer en betere publiciteit nodig. Maar goed, La Crisis is een aardige en vrij harde (zoals ik het graag heb) electro-delicatesse en ik vond het toch de moeite om u dit te laten weten.
Tracklist:
1. Anthem
2. Critical Opinions
3. Hadès
4. I Really Want a Beat Like This
5. La crise
6. Last Exit to Brooklyn
7. Pandemonium
8. Saw & Square
9. She’s Dangerous
10. The New Order
11. Time Is Over
12. Von göttern & Designern
Warp Records, what else? Het legendarische label dat The Hundred In the Hands of kortweg THITH (ha!) begeleidt naar de release van hun eponiem debuutalbum op 20 september. Als u braaf mijn blog volgt weet u dat THITH zich voornamelijk bezondigd aan feestmuziek (zie remix van Bear In Heaven) of toch tenminste pré-feestmuziek. Maar deze vage termen doen hen oneer aan. Laat me u hen daarom wat deftiger introduceren. Uiteraard komt dit bandje uit New York, want alle bandjes komen tegenwoordig uit New York. Het is precies een vereiste geworden om door te breken in de alternatieve scene. Tijdens de zomermaanden verkiezen ze echter Londen als huisvesting, wegens de Amerikaanse hitte en het gebrek aan noemenswaardige festivals over de plas. Bovendien is het ook nog eens een typisch boy-girl duo, betaande uit Jason Friedman en Eleanore Everdell.
En daar stopt het gewone aspect. Want al wordt hun muziek duidelijk geïnspireerd door disco, ik kan ze amper affiliëren met de huidige 80's disco heropleving. Zoals zij het zelf verwoorden: ze hebben duidelijk hun invloeden, maar ze proberen het fresh te houden, en dat lukt hun wonderwel. THITH klinkt nieuw in de oren. En daarom is het net zo goed.
Eind vorig jaar verscheen hun eerste mini-hit Dressed In Dresden op een verzamelplaat van Warp Records, maar ik kreeg ze pas in begin 2010 in de smiezen. Ik zag eigenlijk gewoon de naam van de song, en besloot meteen deze en enkele remixen af te halen. Een band die Dresden vernoemd moet wel goed zijn, hoewel de kans groot is dat ze er nog nooit geweest zijn en ze enkel gebruikten omdat het past bij dressed of als verwijzing naar het vreselijke bombardement tijdens WO II. Mijn liefde voor het Toscane aan de Elbe is echter erg groot. Als u ooit in de Duitse deelstaat Saksen verblijft en u vergeet Dresden te bezoeken, dan gaat u simpelweg naar de hel. Maar dat geheel terzijde.
Iets later, laten we zeggen midden mei, stuurde THITH hun debuut-EP This Desert de wereld in. Terwijl Dressed In Dresden nog enigszins beïnvloed werd door rock, bleek dat niet het geval te zijn met de EP. Op het debuut-album zal u van tijd tot tijd weer wat elektrische gitaren horen. Disco-rock? Het klinkt raar, en het is vast niet de juiste benaming, maar de songs klinken in ieder geval wel goed.
Hun album bevat geen enkel nummer van This Desert en dat draagt bij tot het verfrissende effect, Dressed In Dresden is het enigste alreeds bekende nummer dat ik hoor. Al merk je dat het duidelijk THITH is, toch klinken ze telkens een beetje anders. Ook in de plaats zelf steekt voldoende afwisseling, sommige tracks horen perfect thuis op de dansvloer, anderen zijn dan weer Glasser-achtige alternatieve kunstwerkjes. Beide varianten zijn erg te smaken.
You Aren't Young begint frivool de openingsdans van hun discomanifest. Scherpe synths en een zacht staccato-gezang slaan u aangenaam rond de oren. Een traag maar prachtig pareltje is Killing It, zoals de titel doet vermoeden kan men het moeilijk frivool noemen, 'duister' is de juiste term. Pigeons is de nieuwe singe, maar ik vind Commotion nog een stuk beter! Eleanore's stem doet sterk denken aan Hope Sandoval van Hope Sandoval & The Warm Intentions met hun fantastische Warm In The Shadows. Zowel Gold Blood, Dressed In Dresden en Last City -de ene al wat meer dan de andere- zijn electro-rock songs om van te smullen. Het wordt me weer duidelijk waarom DID zo'n succes kent. De plaat wordt wondermooi afgesloten door The Beach, op het einde voorzien van Witch House-achtige synths, wat zoals steeds -naast dreigend en mysterieus- vrij indrukwekkend is.
The Hundred In The Hands is een prima debuut en alweer een een bekroning voor Warp Records. De band heeft trouwens een eigen soort website/blog, die best interessant is zowaar, en die de best hilarische naam TITH ZINE heeft gekregen.
Tracklist:
1 You Aren't Young 2 Love Sick (Once Again) 3 Killing It 4 Pigeons 5 Commotion 6 This Day Is Made 7 Dead Ending 8 Gold Blood 9 Dressed In Dresden 10 Last City 11 The Beach
Het gebeurt niet vaak maar bij tijden slaagt Nieuw-Zeelandse muziek de oceanen te doorkruisen om uiteindelijk via uw lokale zijtak van de Schelde of Maas uw gehoorkanalen te bevaren. En zo voer deze week Glass Vaults mijn territoriale wateren binnen. Deze Wellingtonaren trachten met hun werkelijk ongelofelijk mooie klanken u volledig te betoveren. Het schijnt als het ware alsof ze een muzikaal beeld proberen te scheppen van het Nieuw-Zeelandse landschap dat u vast ook met verstomming sloeg bij het bekijken van Lord Of The Rings. Glass Vaults behoort duidelijk tot de elektronische shoegaze maar werkt zijn ambient-e kracht daarenboven uit met een soort van lo-fi-,chill wave- en big beat-achtige technieken. Het resultaat is ronduit verbluffend.
De heren Richard Larsen en Rowan Pierce brengen u onder het label Sonorous Circle een fenomenale debuut EP, Glass genaamd, en dit -hoewel hun muziek van onschatbare waarde lijkt- geheel gratis te downloaden via hun Bandcamp.
Zet u alvast schrap voor vijf kippenvelmomenten!
Tracklist:
01. they will grow 02. set sail 03. new space 04. worrier 05. forget me not
Dit jaar ging de eer om Pukkelpop te openen naar Bear In Heaven, onterecht, want zij verdienden waarlijk een veel betere plaats op de affiche. Hun Beast Rest Forth Mouth was een ware hype op het wereldwijde web (voornamelijk dankzij Pitchfork) en dat was dan weer geheel terecht. Om dit succes te vieren brengt het trio (alleszins ik denk het het een trio is) uit Brooklyn heden ten dage zowaar een remixalbum uit. Driewerf hoera!
En ook deze uitbundige vreugde is meer dan terecht. Zo krijgt het werk van o.a. The Hundred In The Hands, High Places en Twin Shadow te horen. Bovendien zijn de nummers vaak zo grondig bewerkt dat ze bijna geheel op zichzelf staan. Het is een uiterst goed dansvloeralbum geworden. Sommige mixen doen Caribou-esk aan (vooral die van Pink Skull) andere dan zijn geïnspireerd door Four Tet. Zelf ben ik verliefd op die drijgende electro waarmee BRAHMS Fake Out heeft versierd.
High Places pakt het heel anders aan, het resultaat klinkt als een soort van minimal Buraka Som sistema. Deru maakt van Deafening Love dan weer een ambient achtig iets à la Gold Panda. Ook Justin K Broadrick kiest tot mijn grote vreugde voor een meer epische stijl, geen dansvloermuziek maar wel prachtige en indrukwekkende shoegaze! Dit is zonder twijfel de beste remix van het geheel. Dé feesttrack is ongetwijfeld de bijdrage van The Hundred In The Hands. En zo krijgt u een zeer interessant album vol indrukwekkende en erg uiteenlopende remixen.
Hoewel het dus máár een remix-ambum is kan ik niet anders dan u lichtjes te verplichten om toch de moeite te nemen om op de play-knop hieronder te drukken.
Tracklist:
1 Beast In Peace (The Hundred In The Hands Beast in Beat Remix) 2 Lovesick Teenagers (Twin Shadow Remix) 3 Ultimate Satisfaction (The Field Remix) 4 Wholehearted Mess (Pink Skull Remix) 5 Fake Out (BRAHMS Remix) 6 Drug a Wheel (High Places Remix) 7 Deafening Love (Deru Remix) 8 Dust Cloud (Justin K Broadrick Remix) 9 You Do You (Studio Remix) 10 Casual Goodbye (Epstein’s Galloping Gertie Remix)
Eerder deze zomer liet ik u kennis maken met Porneon, een uiterst talentvolle DJ uit Klein-Azië. Hij heeft gisteren een vervolg aan zijn geweldige 80's Flashback mix afgeleverd. En wees maar zeker dat 80's Flashback Pt. II ook een knaller is. Porneon is helemaal mee met de huidige 80's revival en laat met zijn mixtechniek zien dat hij zeer goed weet wat goed voor ons is. De mix bevat werk van onze eigen ster Aeroplane, italo disco wonder Munk (Laa Musicaaaa), electrogrootheid Goldfrapp, Outrunners als vertegenwoordigers van het Franse Valerie, SymbolOne mij vooral bekend van de samenwerking met Nid&Sancy (Give It Up For Sound), Midnight Juggernauts en de electroschotten van Den Haan. Mijn favoriete nummer is Little White Cat van Flashmen, ik kende het nog niet, dus mijn dank aan Porneon!
Zoals gewoonlijk kan u de mix gratis beluisteren en downloaden via Soundcloud (zie onder).
01. Droid (Cécile Edit) - Automat 02. Superstar (The Krays Remix) - Aeroplane 03. Italo Crimewave (Original Mix) - Human Life 04. Blazing Speed & Neon Lights With You (Jontanamo Vocal Remix) - Outrunners 05. Miracle (Den Haan Mix) - Tommy Sparks 06. One More Night In Tokyo - Flashworx 07. Last Scene (Daytona Mirage) - SymbolOne 08. Alive (Joakim Vocal Mix) - Goldfrapp 09. Fasten Seat Belts (Sare Havlicek Remix) - Space 10. Little Wildkat - Flashmen 11. Livin' Up - B.W.H. 12. Wet 'N Wild (Midnight Juggernauts Remix) - K.I.M. 13. Into the Galaxy (Danger Remix) - Midnight Juggernauts 14. Looking For Love - Den Haan 15. I'm A Man - Macho 16. La Musica (Tiago Remix) - Munk
Met trots mag ik aankondigen dat er eindelijk weer eens een feestwaardig feestje in Leuven zit aan te komen! Pulp My Lektro is een splinternieuw concept van enkele kerels die de nood voelden om eens een puur electrofeestje te organiseren, zonder commerciële brol, maar vooral: zonder Lady GaGa (hell yeah!) Zij kwamen op dit idee na een zeer succesvol verjaardagsfeest op een boot in Antwerpen. Naast hun boot bleek een grote fuif bezig maar die bleek al snel zo slecht dat op het einde van de avond hun kleine electro-bootje overstelpt werd door een hevig dansende massa. Zulk een sfeer zie ik graag en ik ben ervan overtuigd dat we op 8 oktober eenzelfde ultrahip electrofest kunnen realiseren.
De organisatie maakt het alleszins makkelijk om u helemaal te laten gaan. Zij strikten niemand minder dan Dj MICKEY, een grote naam in Brussel en het Franstalige landsgedeelte maar helaas nog niet doorgebroken in Vlaanderen (laten we daar verandering in brengen). Hij is onder andere Dj van Libertines/Supersport een intussen legendarisch clubconcept dat elke zaterdag plaatsvindt in de trendy K-Nal, officieus de hotste club van Brussel. Luister even naar zijn MySpace-tracks en weet direct hoe belachelijk goed Pulp My Lektro gaat worden. De nieuwe resident Dj is Niels Weismann, hij draait bij gelegenheid in café Alegria te Leuven en was deze zomer het gezicht van de Rendez Vous Apéros te Stockel.
Met andere woorden, als u een electrolover bent zou u zich zowat verplicht moeten voelen om op 8 oktober 2010 naar de Silo af te zakken.
-info-
Pulp My Lektro 8 oktober 2010 Doors: 23u Prijs: 6 euro vóór middernacht, 8 euro erna. Locatie: Club Silo, Vaartkom 39 Leuven
De periode 1910-1914 wordt in Engeland gekenmerkt door het verval van The British Liberal Party (zeg maar een voorvader van de huidige Liberal Democrats van Nick Clegg). De partij ging roemloos ten onder aan de dreigende burgeroorlog in Ierland, de hevige weerstand van de conservatives tegen de patriot act van 1911 (die the House of Commons superieur maakte aan The House Of Lords), een groeiend feminisme en de steeds hevigere opkomst van de vakbonden. Dat beweerde George Dangerfield in zijn 'The Strange Death Of Liberal England' tenminste. Het boek werd gepubliceerd in 1935 en werd onmiddellijk enthousiast onthaald door de critici der geschiedschrijving. Nog steeds word het boek gezien als een van de meest invloedrijke historische non-fictie werken van de 20ste E.
Maar genoeg geschiedenis, buiten een beroemd boek is The Strange Death Of Liberal England ook een bandnaam van enkele indierockers uit Portsmouth. De band is sinds 2005 actief, het jaar waarin ze tevens hun eerste EP uitbrachten. Twee jaar later releaseten ze een mini-album -Forward March!- dat erg lovende kritieken kreeg. Nu, toch alreeds vijf jaar na hun oprichting (al stelt dit niets voor tegenover de tien jaar van Junip natuurlijk) is TSDOLE eindelijk klaar met hun echte debuut LP: Drown Your Heart Again.
Als u naar deze plaat luistert vallen meteen een aantal zaken op. Ten eerste de zéér aangename stem van zanger Wiliam Charlton, een stem die ontegensprekelijk op die van Win Butler lijkt. Dit levert de band uiteraard een voortdurende vergelijking met Arcade Fire op, of ze het nu willen of niet. Vervolgens, en dit helpt ook al niet de vergelijking met Arcade Fire te doorbreken, maakt de band gebruik van een zeer rijk instrumentarium. Zelfs een heel koperblazers-orkest wordt ingeschakeld om een groots baroque pop effect te creëren. Op youtube circuleren trouwens filmpjes waarin de band live optreedt met zulk een orkest. Dat mogen ze gerust in België komen overdoen!
Het album vangt redelijk imposant aan met het magistrale Flickering Lights, het zet alvast de toon voor een van de indie hoogtepunten van het najaar. Tijdens de eerste minuut denkt u echter dat dit een Interpol-album is, maar als de boel openbloeit gaat die vergelijking al snel verloren. Flagships werd al in maart op het publiek losgelaten, dit ter promotie van het album en ter ondersteuning van hun tour als support act van Editors. Zeer mooie indie-rock galmt -euforisch begeleid door trompetten, trombones en Hoorns- zijn weg naar de eerste en voorlopig enigste single Rising Sea. Dit is zeker geen onverstandige keuze als single, het heeft immers een sterk en herkenbaar refrein. Maar jongens toch, wat doen die OoooOOOoooh's me aan Arcade Fire denken... De ban laat het getoeter voor een keer achterwege op Like A Curtain, een echte rocksong dus. Kelly Jones laat hier merken dat ze naast een begiftigde bass-speeltster duidelijk ook een goede backing vocaliste is.
I need a Lighthouse to see trough the dark, I need a Lighthouse to guide... enzovoorts enzovoorts, Lighthouse is me toch een een ietwat bizarre meezinger geworden, maar zeker geen slechte song, zeer zeker niet. Njet. Op Autumn wordt het kopergeweld vervangen door strijkers en ritselende drums à la manière militaire. De Portsmouthianen hebben een uitstekend oog voor afwisseling. Bravissimo. Maar mijn bewondering bereikt zijn toppunt pas echt bij Come On You Young Philosophers. De eerste minuut bouwt geduldig een levendig pad naar het monumentale refrein "Come on you young philosophers and show me where your heart is". Ze hadden het Sartre niet moeten vragen.
Hoe dan ook, na zulk een episch lied is het tijd voor een uiterst vervelende ervaring. Ik heb het over Yellow Flowers, een ballad, op zich niet mis, maar om de een of andere reden vond de band het leuk om het geluid van een mug erin te verwerken, en dat is extreem irritant als u een koptelefoon draagt. Bij afsluiter Dog Barking At Te Moon zou men gemakkelijk het woord "pretentieus" in de mond kunnen nemen, een zuiver staaltje trompettechniek en een een overdonderende samenzang eindigen halverwege in een stilte waarna u minutenlang de zee (of beter gezegd: Het Kanaal) hoort ruisen. De laatste minuten speelt het koperorkest een volledig instrumentale outro die sterk aan The Last Post doet denken en vervolgens belandt u weer in het Kanaal.
Drown Your Heart Again is een erg veelbelovend album. Zelfs de vele mensen die zullen beweren dat dit Arcade Fire wannabe's zijn moeten dat toegeven. Ik hoorde dit album voor het eerst vlak na de nieuwe plaat van Manic Street Preachers, en ik geef beschroomd toe dat ik eerst dacht dat ik naar het zeer goede tweede deel van hun album aan het luisteren was. Helaas, het eerste deel bleek het volledige te zijn, en dat is dus echt echt niet goed. Spread the word.
Who’s In???
-
One night I was thinking…thinking about how awesome our family is. I’m
sure many other people feel the same way about theirs and maybe I’m a
little partia...
korallreven - as young as yesterday
-
new dream pop sounds from sweden's korallreven in the form of 'as young as
yesterday'. taken from their debut album 'an album' which was released
earlier ...